Ik reed op 8 december in een auto met wel vijf verliezende schakers terug richting Utrecht en we hadden plezier. De andere drie teamleden, die op eigen gelegenheid reisden, hadden nog 1½ punt verzameld. Dat maakte de uitslag niet zoveel draaglijker. Maakt het ze dan niets uit of ze winnen of verliezen? Dat scheelt wel per speler, en per karakter; eerlijk gezegd schat ik mezelf in als de ‘slechtste verliezer’ van dit stel. De nederlaag zit hen echt wel dwars, want ze stelden in de toernooizaal al een straftraining tijdens kerst voor. Dus als u ze mist dezer dagen, weet u wat ze uitvoeren…
Invaller Jon kwam in zijn partij al snel twee stukken voor te staan, maar zijn stelling was intussen erg slecht geworden en zijn tegenstander toonde zich een meester in het goed neerzetten van zijn stukken. Jon’s koning kwam zeer slecht te staan en het werd verliezen. Even na tienen verloor Paul. In een soort geweigerd damegambiet kwam hij beter te staan, maar Paul wist dat met een ‘vreemde en totaal onnodige paardzet in een klap om zeep te helpen’(zijn eigen woorden!). Ook remise bleek niet meer haalbaar. Ik voegde daar vijf minuten later onze derde nul aan toe. In een Franse opening pakte ik een giftige pion wél, en dat heb ik geweten. Het werd een partij met vele penningen. Daar ben ik ten slotte aan ten onder gegaan. Ronny bracht vervolgens een kostbaar half puntje binnen. In een combinatie verloor hij de dame en slechts met sterk positiespel wist hij het gelijkspel binnen te slepen. PieterJan behaalde de enige overwinning in een spannende en interessante partij. Hij probeerde te voorkomen dat zijn tegenstander de stelling dichtschoof, maar kreeg daarmee een toren op bezoek, ja dat dreigden er zelfs twee te worden en nog wel op de open lijn die PieterJan voor zichzelf bedoeld had. Het werd een lang gevecht om één geïsoleerde pion; de tegenstander kon die tenslotte veroveren, maar PieterJan kon een paardvork uitvoeren. Het werd onze enige overwinning. Ook Frans verloor. Hij had een pion gegeven voor een open e-lijn, maar de extra pion van de tegenstander kwam gevaarlijker naar voren dan verwacht en kostte Frans een stuk. Na de nodige ruilingen werd het een verloren pionneneindspel. Ten slotte kon Ton ons ook niet meer op het winnende pad helpen. Hij stond volgens mij niet slecht, maar verloor al afruilend een dame en zo de partij.
En zo reden we met ‘vijf nullen’ in één auto naar huis. En we hadden ook nog plezier. Maar de andere dag meldden ze me stuk voor stuk, dat ze met een kater o.i.d. wakker waren geworden. Misschien zijn we wel het meest laconieke team van onze club. We winnen graag, als het even kan in een mooie, spannende partij. Maar op naar de volgende nieuwe ronde met nieuwe kansen.
Zeist 3 | Moira-Domtoren 5 | 6½ – 1½ |
A.J.M. van Amerongen (Arjen) (1957) | Ton Braams (1795) | 1 – 0 |
G.K. Kaastra (Gosse) (1488) | Ronny van der Heijden (1779) | ½ – ½ |
R. Snoek (Ron) (1558) | Maarten Metz (1532) | 1 – 0 |
W. Oskam (Wendela) (1605) | Rijn de Jonge (1503) | 1 – 0 |
B. Meijer (Ben) (1446) | PieterJan Mellegers (1503) | 0 – 1 |
R.A.M. Vercoutre (René) (1521) | Jon Kamphuis (1456) | 1 – 0 |
S. Peereboom (Stijn) | Paul Meijer(1359) | 1 – 0 |
P.D. Witteveen (Peter) (1460) | Frans Jacobs(1290) | 1 – 0 |