Waarom ik in het tweede speel…

door Johnny de Kraker

Twee partijfragmenten:

Het eerste partijfragment is uit een invalbeurt in het eerste team. De uitslag van deze partij was beslissend voor het eindresultaat. Bij winst zou het eerste een belangrijke concurrent van zich afschudden en zeer stevig aan kop komen te staan in de SGS Promotieklasse. Bij verlies zou het spannend blijven en moet Moira-Domtoren nog vol aan de bak in de resterende wedstrijden.

Partijfragment 1

Johnny de Kraker(1794) – Edwin Schuit (1842)
SGS Promotieklasse,  Moira-Domtoren 1 – Amersfoort 3

Na veel gebrei en geaarzel heeft wit uiteindelijk groot voordeel bereikt.  34.Df3 Pe6 35.d4 Db2 36.Lc1 Dxa2 37.d5 Pd8 Zwart zat inmiddels al in grote tijdnood, wit had nog enkele minuten meer. Het siliconenmonster Fritz geeft inmiddels +20,72 aan. Ik speel de zet die Fritz aangeeft. Wat kan er fout gaan?  38.e6 fxe6 39.dxe6 Pxe6 Fritz zegt Lf4 met mat in 20, daarvoor nog een tijdje een melding van +31,56…Ik speur ook naar de mat en speel 40.Dc6 Td8 41.Td6 Pdf8 Vervelende paarden. Ik begin inmiddels ook de tijdnood te voelen. Ik zoek nog steeds naar matjes. Maar de paarden dekken alle velden en elkaar. 42.Txd8 Kxd8 43.Lf4 Dc4 Met 44.Te4 Dxc3 en 45. Ld6 had ik biefstuk van de paarden gemaakt. Maar ik speel mijn toren naar een gevaarlijk veld… 44.Td1+ Ke7 45.Ld6+ Kf7 46.Db7+ Kg8 Koning veilig. Ik ben inmiddels in even erge tijdnood als mijn tegenstander, en nog steeds op zoek naar een niet bestaand mat.  Echt goeie schakers weten op tijd een ander plan te kiezen en zouden afwikkelen naar een technisch gewonnen stelling met bijvoorbeeld 47. Df3. In plaats daarvan speel ik het verschrikkelijke 47.Le5?? Dxg4+ 48.Kh2 Dxd1 Ik sluit af in stijl en geef meteen op na het nog afschuwelijkere 49.Df3?? 0–1

Daarom speel ik dus in het tweede… Op beslissende momenten heb ik regelmatig niet de vereiste  koelbloedigheid en mis ik het killersinstinct. Maar in het tweede schaken is ook hartstikke leuk. Gelukkig schoot ik in de eerstvolgende wedstrijd van het tweede ouderwets uit mijn slof tegen een topper van de Rode Loper 1 (Remco Holland; Herbstmeister van hun interne competitie) Na enig voorzichtig strategisch spel heb ik (met een beetje hulp van mijn tegenstander) de a-lijn weten te veroveren. Als concessie heb ik wit ‘s loper toegelaten op de diagonaal a3–f8.

Partijfragment 2

Remco Holland (1999) – Johnny de Kraker (1794)
SGS 1A, Rode Loper 1 – Moira-Domtoren 2

28…Ta2 Wit krijgt een zeer kleine plus van Fritz. Ik had al ergens vlak hiervoor remise aangeboden. Ons team was reeds kansloos naar een nederlaag gespeeld. Mijn tegenstander had er nog zin in. 29.Tb2 Tha8 30.h3? Ik had hier 30 Tcb1 verwacht waarna ik …Txb2, 31Dxb2 Ta2 32 Dc1 met het idee om op De2 33Df1 te spelen had gezien. 30…Txb2 31.Dxb2 Ta2 Hier rook ik bloed. Grappig is dat Fritz hier een, achteraf gezien best simpele verdediging zag, terwijl ik dacht dat het uit was. Zalig zijn de onwetenden. 32.Db4 De2 33.Tf1? Zulke zetten speel je soms automatisch op het eind van de avond. De beste verdediging was 33 Kh1. De pion op f2 mag niet gepakt worden op straffe van Dxb5 met binnenkomen van de dame. Zwart rest niets beter dan Db2. Met bijna gelijke stelling. 33…Pe3! En wit gaf gedesillusioneerd meteen op. 0–1