Met Sint-Maarten hingen de Utrechtse vlaggen uit, kinderen gingen langs de deuren in de hoop op snoep en Moira-Domtoren 4 ging naar zaal Dijckzigt (1e Daalsebuurt) in de hoop op punten.
We speelden om een soort mini-kampioenschap in de stad. Het seizoen duurt lang, dus het is aardig om in de tussentijd een ‘competitie binnen de competitie’ te bedenken. Zo was er vorig jaar het kampioenschap van de derde teams. Dat haalde ons team overtuigend binnen met 5 punten uit drie wedstrijden. Helaas lieten we het in andere wedstrijden liggen.
Dit jaar heten we team nummer 4 en is er maar één ander team in onze poule met hetzelfde volgnummer: Oud-Zuylen 4. Het ‘kampioenschap binnen het kampioenschap’ kon dus in één wedstrijd worden beslist.
Toen er tekening in de strijd kwam, hadden Ernest (met wit) en Jos (met zwart) een flink ruimtevoordeel. Jan had met wit in de opening twee pionnen geofferd voor aanval, de zwarte pionnenmuur was al versplinterd. Gerrit Jan was door een onvoorzichtige aanvalspoging een stuk achter geraakt. De andere zwartspelers stonden op z’n minst gelijk.
Zelf kreeg ik van Lex Plum in de opening niet alleen een dropje maar ook een structureel
voordeel cadeau: zwart had een achtergebleven pion op d6, waar ik mooi een paard voor kon zetten. Wel vond ik dat ik wat weinig ruimte had, maar daar had ik uiteindelijk weinig last van. Dankzij een penning over de d-lijn kon ik met een pion doorbreken naar d6, waarna zwart zwaar materiaalverlies niet meer kon vermijden.
Terwijl Lex en ik even gingen analyseren, werd het spannend bij Jos en Ernest. Beiden kregen te maken met een indringer. Bij Jos was het een dame die onheil stichtte. Hij pareerde de aanval door een eerder gewonnen kwaliteit terug te offeren, waarna zijn geweldige pionnenduo beslissend was. Bij Ernest kwam een toren achter de linies en hij had hier geen antwoord op, de goede stelling sloeg helemaal om en het werd 1–2.
Maarten, Ewoud en Gerrit Jan hadden intussen een gunstig eindspel bereikt. Ewoud stond een stuk voor, genoeg voor een punt zoals zijn tegenstander inzag. Maarten maakte een vrijpion op de damevleugel en liep hiermee naar de overkant. Gerrit Jan had materiaal teruggewonnen en nam het met een toren en pion op tegen twee paarden. De paarden dekten elkaar en beperkten Gerrit Jans bewegingsruimte. Even leek het of hij het liet glippen, maar hij wist toch door te breken en winst af te dwingen. Met 1–5 bracht hij ook de teamwinst binnen.
Jan bestookte nog steeds de zwarte koning. Toen zwart niet alleen positioneel maar ook materieel fors achterkwam, staakte tegenstander Bas de strijd.
Alleen Ton en diens sterke tegenstander Leta waren nog bezig. Lange tijd hadden de wederzijdse aanvallen elkaar in evenwicht gehouden, maar inmiddels was Leta met de witte dame achter de linies doorgedrongen. Hij leek aan het lange eind te trekken, maar zat in hevige tijdnood en zenuwen gingen hem parten spelen. Hij miste mat in één en bood toen maar remise aan. Ton zag echter nog een uitweg waarna hij zou kunnen winnen, bovendien had Leta het remiseaanbod nog niet bekrachtigd met een zet. Hij deed die pas toen zijn vlag al gevallen was.
Na deze merkwaardige afsluiting waren we niet alleen tot ‘kampioen van de vierde team’ gekroond, maar konden we op deze Sint-Maarten met zeven volle zakken snoep naar huis. Een lekkere voorraad voor de volgende wedstrijden.
Bram van Reemst
Utrecht (Zaal Dijckzigt), dinsdag 11 november 2014 | ||||
Oud-Zuylen 4 | – | Moira-Domtoren 4 / LNA | ||
1. | Bas Jubels | – | Jan Bettman | 0 – 1 |
2. | Leta Tumba | – | Ton Braams | 0 – 1 |
3. | Hans Scheringa | – | Ernest de Vroome | 1 – 0 |
4. | Henk Overmeer | – | Jos Kloppenborg | 0 – 1 |
5. | Lex Plum | – | Bram van Reemst | 0 – 1 |
6. | Patrick Langendoen | – | Maarten Metz | 0 – 1 |
7. | Pieter Popken | – | Ewoud Loots | 0 – 1 |
8. | Steven Vugteveen | – | Gerrit Jan Bakker | 0 – 1 |
Totaal | – | 1 – 7 |